VISUSAFWIJKINGEN

BIJZIENDHEID (myopie)

Het binnenvallende licht convergeert te vroeg voor de gegeven afmetingen van de oogbol.

De oogbol is te lang of het oog heeft te veel brekingskracht.
Resultaat: lichtstralen van voorwerpen veraf convergeren reeds voor het netvlies, waardoor het beeld op het netvlies wazig is.
Correctie is mogelijk met behulp van een bril of contactlenzen.
De bril of contactlenzen verlagen de te hoge brekingssterkte van het oog.
De brekingssterkte van deze bril of contactlens wordt uitgedrukt in negatieve dioptrieën (bv. -3.00 D).

VERZIENDHEID (hypermetropie)

Het binnenvallende licht convergeert te laat voor de gegeven afmetingen van de oogbol.

De oogbol is te kort of het oog heeft te weinig brekingskracht.
Resultaat: lichtstralen van voorwerpen dichtbij convergeren pas achter het netvlies, waardoor het beeld op het netvlies wazig is.
Correctie is mogelijk met behulp van een bril of contactlenzen.
De bril of contactlenzen verhogen de te lage brekingssterkte van het oog.
De brekingssterkte van een dergelijke bril of contactlens wordt uitgedrukt in positieve dioptrieën (bv. +3.00 D).

ASTIGMATISME

Naast bijziendheid en verziendheid is astigmatisme een vaak voorkomend visusprobleem, veroorzaakt door een onregelmatige kromming van de cornea.

De cornea is niet sferisch (zoals een voetbal) maar eerder elliptisch (zoals een rugbybal).
Resultaat: er zijn verschillende brandlijnen, die achter of voor het netvlies kunnen vallen. Daardoor ontstaat er een wazig en vervormd beeld op het netvlies.
Correctie is mogelijk met een (torische) bril of contactlenzen.
De (torische) brillenglazen en contactlenzen worden dusdanig vervaardigd dat de brandlijn op de juiste plaats van het netvlies valt.
De brekingssterkte van een dergelijke bril of contactlens wordt meestal omschreven als „een cilinder van -1.25D op 90°".
De meting in graden heeft betrekking op de asrichting waarin het astigmatisme gecorrigeerd moet worden.